nro-bergen-logo.png

Kennis maken, kennis delen in highlights

‘Kennis maken, kennis delen’: dat was het thema van het NRO-congres voor het primair onderwijs, voortgezet onderwijs, speciaal (voortgezet) onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs. Zo’n vierhonderd deelnemers gingen samen op expeditie tijdens sessies ‘rond het kampvuur’ en ‘in de tent’. Ze betraden ‘gebaande paden’ en gingen ‘op verkenning’. Het doel: inspiratie opdoen voor de best mogelijke verbindingen tussen onderzoek en onderwijs . De hoogtepunten.

NRO-congres in drie minuten

Wat gebeurde er op het NRO-congres van 2 november in Amersfoort? Hoe zag het programma eruit en wat heeft dat zoal opgeleverd? Een impressie op film in drie minuten.

Inspirerende quotes

Tientallen sprekers, 54 deelsessies en veel spontane gesprekken tussen deelnemers. Aan goede ideeën en spraakmakende uitspraken geen gebrek. De belangrijkste thema's, besproken op het NRO-congres, in quotes.

Congres in columns

Vijf docenten met een beurs van het Leraren-OntwikkelFonds (LOF) van de Onderwijscoöperatie, vatten hun bezoek aan het NRO-congres samen in korte columns.

Bart ten Bosch.JPG

‘Gemene deler is belangrijk’

Het NRO-congres heeft mij doen inzien dat de kloof tussen onderwijs en wetenschap niet altijd zo groot is als soms wordt beweerd. Des te duidelijker werd dit tijdens de lezing ‘Angst bij kinderen: het belang van vroegsignalering’. Wat ik bijzonder vond was dat de lezing niet alleen vanuit wetenschappelijk en psychologisch perspectief werd gegeven, maar dat tevens persoonlijke ervaringen werden gedeeld door zowel het publiek als de sprekers zelf. Dit laat zien dat wanneer er een gemene deler wordt gevonden, in dit geval angst bij kinderen, er iets moois uit kan ontstaan.

Dit is dan ook meteen de belangrijkste les die ik op het NRO-congres geleerd heb. Om collega’s binnen de school waar ik werkzaam ben enthousiast te maken voor de wetenschap, wat soms een onmogelijke taak lijkt te zijn, dien ik de leerling en de behoeftes vanuit het team vaker centraal te stellen.

Bart ten Bosch

Anita Buitelaar.JPG

‘Uitwisseling geeft inzichten’

Het hoogtepunt van het NRO-congres was voor mij de ‘toevallige’ gesprekken die ontstaan tijdens zo'n dag. Leuk om met totaal onbekende collega's informatie en kennis uit te wisselen over alles omtrent onderzoek. Je leert vaak veel over de praktijk bij andere scholen en instellingen, iets wat normaliter niet zo makkelijk gaat. Ander hoogtepunt was het winnen van de Publieksprijs van het onderzoek van Lia Voerman en Frans Faber. Dat onderzoek heeft op onze school gedraaid en veel effect gehad. Leuk!

Wat ik meeneem naar huis is dat onderzoeksbeleid uitwisseling van ervaringen nodig heeft. Dit jaar werk ik ook een dag als onderzoeker bij de Onderwijscoöperatie waarbij we het LOF-traject onderzoeken op het gebied van o.a. daadkrachtig leraarschap bij docenten en de impact die het heeft op de school van de LOF-docent. Uitwisseling geeft dan nieuwe inzichten die je weer mee neemt naar je eigen onderzoeks- en lespraktijk en gelijk kunt toepassen.

Anita Buitelaar

Stefanie Langelaar.JPG

‘In gesprek gaan’

Directeur van het NRO, Jelle Kaldewaij opende het congres met de volgende woorden: “We willen dat onderzoek landt in de praktijk, dat de praktijk er iets mee kan, dat het beleid er iets mee kan.”

Drie gebieden die ik enorm interessant vind en die niet zonder elkaar kunnen: onderzoek, praktijk en beleid. Zelf ben ik hier namens de gebieden onderzoek (als onderzoeker voor de Onderwijscoöperatie) en praktijk (als leraar po in Rotterdam-Zuid).

Tijdens de kampvuursessies vol leuke gesprekken met bevlogen mensen uit deze drie gebieden kwamen vandaag vragen aan bod, zoals: Wat is de meerwaarde van onderzoek voor onderwijs en beleid? Hoe kunnen leraren gemotiveerd worden zich te professionaliseren door onderzoek te gaan doen?

Ook al ben je niet direct met onderzoek bezig, wat je vandaag en morgen al kan toepassen in praktijk en beleid, is: kritisch denken, lezen en in gesprek gaan. Waarom doen we wat we doen en wat zegt onderzoek eigenlijk echt?

Stefanie Langelaar

Adrienne Moolenaar.JPG

‘Dag met een sterretje’

Met twee petten op kwam ik op het NRO-congres: als loopbaandecaan en als leraar/onderzoeker voor het Leraren Ontwikkelfonds van de Onderwijscoöperatie. Dubbel nieuwsgierig dus en met duidelijke wensen voor workshops. Helaas: allemaal vol. En dit zorgde voor zeer aangename verrassingen!

Een onverwachte eye-opener was de workshop over het Groene Kompas voor duurzame ontwikkeling in het mbo. Duurzaamheid is vanaf vandaag bewust een nieuwe stip aan mijn horizon als decaan. Maar ook het Leraren Ontwikkelfonds levert een flinke bijdrage aan duurzame innovatie in het onderwijs. Een aanrader voor elke docent.

De workshop van de 21st century skills sloot naadloos aan. Deze vaardigheden leert de docent zelf toe te passen tijdens het LOF-traject en als het goed is nog lang daarna (over duurzaamheid gesproken).

Al met al een dag met een sterretje: een stuk wijzer geworden. Doel behaald.

Adrienne Molenaar

Arda Droppers.JPG

De Kennisrotonde

In de Werkwagen heb ik de workshop over de Kennisrotonde gevolgd, een mooi voorbeeld van Samen op Expeditie: Kennis maken en Kennis delen, thema van dit NRO-congres.

Docenten kunnen via het online loket van de Kennisrotonde hun actuele onderwijsvraag stellen. Nadat een docent digitaal zijn of haar vraag heeft gesteld, neemt de makelaar van de Kennisrotonde telefonisch contact op om de kennisvraag helder te kunnen formuleren (articuleren). Dit persoonlijk contact vind ik een bijzonder waardevolle toevoeging, het zorgt voor meer betrokkenheid bij efficiënt en effectief onderzoek. Gemiddeld krijgt een docent na twaalf weken een antwoord, bovendien is het hele traject gratis.

De Kennisrotonde is een prachtige manier om bestaande wetenschappelijke kennis en onderzoeksvragen uit de praktijk te verbinden, waardoor weer nieuwe kennis in de vorm van antwoorden op actuele vraagstukken ontstaat. Deze kennis is van belang voor het verder professionaliseren van ons onderwijs, daarom ga ik de Kennisrotonde ook op mijn school bij mijn collega’s onder de aandacht brengen.

Arda Droppers

_O2A0034.JPG
Impressie uit de tent

In de tent schuiven bezoekers van het NRO-congres aan lange tafels aan om informeel met elkaar in gesprek te gaan over een specifiek onderwerp. Zij kennen elkaar niet. Er kunnen experts aan tafel zitten, maar ook algemeen geïnteresseerden. Verslag van een tentsessie.

Noortje Janssen en Ard Lazonder van Universiteit Twente begeleiden leerkrachten in het onderzoek op hun eigen school. De leraren kiezen zelf hun onderzoeksvraag. De begeleiding bestaat onder andere uit het onderzoekbaar maken van de vraag en het kiezen van de juiste onderzoeksmethodes. “De bedoeling is dat we steeds minder sturen en dat de leraren meer zelf gaan doen.”

De onderzoekers treffen aan tafel Anita Buitelaar (docent en onderzoekcoördinator Scala College, Alphen aan den Rijn) en Monique Kapteyn (beleidsadviseur ROC Mondriaan).

Kapteyn: “Hoe borgen jullie de duurzaamheid van het onderzoek?”

Janssen: “De leraren willen steeds meer zelf doen, en we laten ze ook steeds meer zelf doen. We zorgen dat ze weten wanneer ze een onderzoeker of een deskundige erbij kunnen halen. En we proberen aan te sluiten bij bestaande werkgroepen.”

Buitelaar: “Op onze school hebben wij het voordeel dat we met supergemotiveerde leraren werken. Je komt niet zomaar bij ons, de lat ligt hoog. Leraren werken in teams, er wordt veel naar elkaar teruggekoppeld. Iedereen staat open voor een onderzoekende houding.”

Kapteyn: “Het mbo heeft te maken met een ander type docenten en een ander opleidingsniveau van docenten. Het is, merk ik, lastig om zowel docenten als school daadwerkelijk te betrekken in een onderzoek.”

Buitelaar: “Wij zijn ondertussen op het punt dat onderzoek een fundering is binnen de school. We hebben een vast onderzoeksteam. Beginnende docenten moeten verplicht aanschuiven. Ze krijgen drie jaar een onderzoeksmatig programma aangeboden. We merken dat we hierdoor een ander type docent aantrekken. We weten voor de tekortvakken eerstegraders binnen te hengelen, die voelen zich door onze werkwijze aangesproken.”

Lazonder: “We willen de manier waarop we als begeleiders te werk gaan in een model gieten zodat we andere scholen of lerarenopleidingen handvaten kunnen bieden. We liepen er tegenaan dat er nog heel weinig op dat gebied voorhanden was.”

Janssen: “We missen een overkoepelend orgaan. Landelijk is er geen expertisecentrum op dit gebied, iedereen is op zijn eigen eiland bezig. Met één orgaan voor po,vo, hbo en wo valt er veel te winnen, kun je bij elkaar kijken, en ontstaat er meer ruimte voor onderzoek binnen de verschillende soorten scholen. Daar ben ik van overtuigd. Hier zou het NRO mooi een rol kunnen pakken.”

NRO-congres voor onderwijs en onderzoek